3 September 1941 ben ik in Utrecht geboren.
Mijn ouders waren Theodorus (Theo) Hagenbeuk en Petronella (Nel) Swaalf en hadden een winkel in huishoudelijke artikelen, met de grootse naam Centraal Bazar, op de Oudegracht 372 (tweede winkel van links) met de etalage.
Theo was militair die in mei 1940 had gevochten in de Grebbelinie en was na de capitulatie met Groot verlof gestuurd.
Het hoeft geen betoog dat het met de winkel niet zo geweldig liep naarmate de oorlog langer duurde en toen in 1945 die oorlog ten einde kwam, op de kleuterschool werd dat zo gevierd, werd mijn vader weer in militaire dienst opgeroepen en in 1946 voor opleiding naar Engeland en Schotland gestuurd. Eind 1946 waren mijn ouders financieel gedwongen hun winkel op te geven. Ons gezin verhuisde toen naar de Everard Foeckstraat 3. In die periode (46/47) werd ik ook ernstig ziek. Ik kreeg (natte)pleuritus en moest 9 maanden! op bed liggen. Tijdens die ziekte heb ik leren handwerken en puzzelen en uiteraard veel gelezen.
Mijn vader kon (nadat hij was afgekeurd voor militaire dienst) weer een functie krijgen bij de belastingdienst.
Ik ging toen naar de Lagere School in de Maria van Reede straat, de Dr. D. Bosschool en kreeg er in 1947 een zusje Marjolijn bij. In de daarop volgende winter ben ik bijna verdronken omdat jongens een gat in het ijs hadden gemaakt en ik daar glijdend – met felle zon tegen – in het wak terecht kwam. Ik kon mij nog net aan de rand van het wak vastklampen en met behulp van een buurmeisje ben ik er uit gekomen. Toen kletsnat en bibberend van de kou naar huis gelopen. Mijn moeder was ontzettend bang dat ik weer ziek zou worden, hetgeen gelukkig niet is gebeurd.
Na de lagere school ging ik naar de MULO Willem de Zwijger op het Janskerkhof. In 1948 namen mijn ouders een hond, Astra genaamd. Lief beest.
Na mijn examen ging ik studeren op de HTS Oudenoord, afdeling Elektrotechniek, haalde mijn diploma in 1962 (zie verhalen HTS) en kreeg een aanbod om bij Philips Nat.Lab. te gaan werken (augustus 1962). Ik kon toen een kamer huren op de Gestelsestraat 3. Wel moest ik in april 1963, voor mijn nummer, in militaire dienst. Na mijn basisopleiding in Ossendrecht, kreeg ik een speciale opleiding voor hoofd Telexmonteur in de Hojelkazerne te Utrecht. Het grappige daarvan is, alhoewel ik dat pas veel later ontdekte, dat dit dezelfde kazerne was waar mijn grootvader Theo Hagenbeuk en zijn vader Leendert Hagenbeuk ook gelegerd waren geweest. In hun periode heette de Hojelkazerne nog de Vesting Artillerie Kazerne. In 1963 heb ik ook mijn motorrijbewijs, op een scooter! gehaald en daarna een motor aangeschaft, een 350cc Matchless.
Na mijn diensttijd (januari 1965) kon ik weer beginnen bij het Philips Nat.Lab. op de Kastanjelaan in Eindhoven, hetgeen ik (in 6 verschillende functies en op 3 verschillende locaties) tot mijn pensionering in 2001 met veel plezier heb gedaan (zie mijn verhalen Nat.Lab.).
Ook kon ik weer een kamer huren op de Gestelsestraat 3. Mevrouw van Hout, mijn hospita, had die speciaal voor mij vrij gehouden. In militaire dienst had ik verkering gekregen met een zus van een studiegenoot. Om aanspraak te kunnen maken op een woning, moest je wel getrouwd zijn of heel lang ingeschreven staan. Dus trouwde ik met mijn verloofde Anneke Ott (in 1967), waardoor wij, vrij snel, een half jaar later een flat op de Scheltemaweg kregen toegewezen via het Philips Woningbureau. Op de Scheltemaweg zijn onze beide dochters Inge en Agnes geboren. In 1971 kochten wij via de vereniging Huis en Wijk een nieuwbouwwoning, in de wijk ’t Hool en wel Lenningenhof 3.
Onze dochters (1973) groeiden voorspoedig op, trouwden en na enige tijd kregen Anneke en ik 4 kleinkinderen t.w. Roos, Daan, Romy en Antonie.
In mei 2017 hebben Anneke en ik ons 50 jarig huwelijk gevierd.
Mijn hobby’s die in de loop van de tijd zijn ontstaan zijn: sporten, muziek, geschiedenis, vakanties en kleinkinderen.